the dirtiest girl in the world

sasha grey2

Saai, braaf en behoudend, dat is toch wel de beste omschrijving van het huidige feministisch debat in Nederland.

Onlangs zat de woordvoerder van de Nederlandse vrouwenraad Kirsten van den Hul bij Pauw en Witteman om te vertellen over de toespraak die ze mocht houden voor de Verenigde Naties. In die toespraak zou ze gaan pleiten voor een ‘Shevolution’, zo deelde ze vol trots over dat zelfbedachte woord mee. De ‘Shevolution’ moest volledige gelijkwaardigheid tussen mannen en vrouwen bewerkstelligen, want hé, het is tenslotte wel 2011. Ondertussen dommelde de rest van de tafel rustig weg.

Pas toen van den Hul vroeg of de andere gasten wel wisten wat een cougar was, schrok iedereen weer wakker – een oudere vrouw die op jonge mannen valt, ‘Echt waar?’ riepen de aanwezige mannen vol afgrijzen uit.

Het wil maar niet lukken. Feminisme in Nederland is tegenwoordig vooral discussiëren over spelling (directeur of directrice?), verwende prinsesjes en de vraag of vrouwen inderdaad lui zijn, zoals Ebru Umar onlangs betoogde in de Volkskrant. Dat alles met een glimlach natuurlijk, want als er iets eng is, is het wel een boze feminist.

Nee, dan de lichting jonge feministes in het buitenland! Die pakken het een stuk radicaler aan. Neem de Amerikaanse Sasha Grey: ze noemt zichzelf een feminist, haar doel is de bevrijding van de vrouw, haar middel vooral de vernietiging. Alles moet kapot. Voor minder doet ze het niet.

Vooropgesteld: Sasha Grey is een intellectueel. Ze vernoemde zich naar Dorian Gray, het romanpersonage van Oscar Wilde achter wiens eeuwige schoonheid een diep verdorven karakter schuilging. En ook al is ze pas 23, Sasha Grey leest het liefst Friedrich Nietzsche, William Butler Yeats en Jean Baudrillard. Haar helden zijn Jean-Paul Sartre en Jean-Luc Godard. Ze kijkt graag films van Hiroshi Teshigahara, Michelangelo Antonioni en Catherine Breillat. Filmtheoretisch houdt ze van André Bazin.

Met haar tengere lichaam en grote bambi-ogen lijkt ze veel jonger dan ze is. Ze heeft iets kils en afstandelijks. Haar mond staat altijd wat afkeurend en haar blik is leeg, alsof ze zich in haar eigen wereld bevindt – alsof ze die van ons maar saai en onbeholpen vindt.

Sasha Grey is de bekendste en meest succesvolle pornoster van dit moment. Ze heeft alle grote pornoprijzen gewonnen die er te winnen zijn, maar treedt ondertussen ook op in reguliere films, televisieseries, videoclips en reclamecampagnes. Wie oplet ziet haar overal.

‘The dirtiest girl in the world’, noemde Rolling Stone Magazine haar. The New York Times omschreef haar pornocarrière als ‘distinguished both by the extremity of what she is willing to do and an unusual degree of intellectual seriousness about doing it.’ Want Sasha Grey gaat verder dan wie ook.

In haar films laat ze zich slaan, laat ze zich wurgen, laat ze tien mannen klaarkomen in een emmer en likt die emmer vervolgens leeg. Ze laat zich vastbinden in een ijzeren bakbeest dat een neukmachine heet te zijn. Ze drinkt haar eigen urine, propt haar hoofd in een wc-pot en zet een hogedrukspuit op haar kruis.

Ze verbindt het hoogste en het laagste met elkaar. Ze kent het principe van ‘de laatste, lachende mens’, de frase ‘we leven in de hel van hetzelfde’, en vraagt haar mannelijke tegenspeler vervolgens om nog een stomp in haar buik. Want dit is waar ze lichamelijk nu eenmaal van houdt, en dit is wat de samenleving volgens haar moet leren accepteren: dat ook gewone vrouwen perverts kunnen zijn.

Wat Sasha Grey wil laten zien is dat vrouwen niet zulke tere poppetjes zijn als nog steeds vaak wordt gedacht. Ze hebben lusten en verlangens, zowel geestelijk als lichamelijk. Lusten en verlangens die vaak als verdorven worden gezien. Sasha Grey roept vrouwen op om hun eigen seksualiteit, de kracht en macht ervan, te ontdekken, te accepteren en te uiten.

‘In our society, we use sex to sell everything. Everything!’, aldus Sasha Grey. ‘We use it to sell sneakers. And microwave meals.’ Maar de vrouwelijke seksualiteit blijft grotendeels buiten beeld. ‘It’s okay to show your tits, but it’s not okay to talk about what your kinks are, when you’re a woman.’

Een vrouwenlichaam is tegenwoordig vooral een middel om producten mee te verkopen.

Ook in Nederland kwam deze discussie op gang, onder de noemer ‘de seksualisering van de samenleving’. Het verzandde al snel in triviaal gezeur over teveel naakt in het straatbeeld (als je bij zogenaamde vrouwenissues de ChristenUnie aan je zijde vindt, weet je toch dat er iets niet goed gaat). De klacht was vooral dat al die gephotoshopte reclames een irreëel ideaalbeeld van de vrouw creëerden, als zijnde jong, mooi en altijd seksueel beschikbaar. Onzekerheid en losbandigheid zouden het gevolg zijn. Maar daar gaat het niet om. Zo beïnvloedbaar zijn vrouwen nu ook weer niet.

In het pamflet Meat Market: female flesh under capitalism legt de 24-jarige Laurie Penny (ook zij noemt zich vol trots een feminist) uit wat dan wel het probleem is. Waar Sasha Grey de praktijk vertegenwoordigt, verwoordt Laurie Penny de theorie.

Wat er mis is met al die reclames en beelden van vrouwen die orgastisch kreunend hun haar aan het wassen zijn, die een parfumfles tussen hun borsten houden geklemd of die in ondergoed een bakje cornflakes eten, is dat het gefetisjeerde symbolen zijn. Niet van een lichaam maar van lichaamsdelen: een kont, een been, een decolleté zonder hoofd, plastisch en steriel. Het lichaam is geen geheel, maar een optelsom van klinische onderdelen, een bouwpakket.

De seksualisering van de samenleving is zodoende een wat dubbele term, aangezien het vooral duidt op het de-seksualiseren van de vrouw. Als deze beelden iets doen is het juist het negeren van het seksuele lichaam, ‘the sweaty reality of sex’ zoals Penny het noemt. Wel de ‘tits’, niet de ‘kinks’.

Een goed voorbeeld deed zich een paar weken geleden voor in De Wereld Draait Door. Een jonge Belgische onderzoekster had ontdekt dat vrouwen die hun schaamhaar scheren betere seks hebben. Gedurende het gesprek dat op die stelling volgde (‘maar hoe ziet jouw schaamhaar er dan uit?’, ‘in de jaren 70 hadden ze grote bossen toch?’) bleef op de voorgrond voortdurend een foto in beeld van een gephotoshopte buik en vagina. Er zat geen hoofd of lichaam bij, het was een losse uitsnede, een ding.

‘What is at play here’, schrijft Penny, ‘is the horror of flesh’. Een afwijzing juist van alles wat van een lichaam een lichaam maakt: bloed, zweet, vlees en vet. Het is niet de viering van het lichamelijke, maar de vernietiging ervan. Dat is wat de seksualisering van de samenleving doet.

‘We vechten voortdurend een strijd uit tegen ons eigen lichaam’ zei de Duitse schrijver Charlotte Roche ooit in een interview. Uit verzet voerde ze in de roman Vochtige Streken een hoofdpersoon op die alleen maar bezig is met haar aambeien, smegma en bloemkoolachtige uitstulpingen. Met de rauw- en ruwheid van een lichaam dus.

Volgens Laurie Penny is dat de enige manier om je te onttrekken aan wat ze de ‘patriarchale, kapitalistische machine’ noemt. Want: ‘if human beings own anything by right and birth, we own an abundance of flesh, an abundance of dirt and sex and sublimity. Only by embracing this abundance can we liberate ourselves.’

En dat is precies wat Sasha Grey doet. Ze omarmt het vlees en ‘the dirt and sex’. Daarbij hanteert ze vooral de methode van ‘de tegenstander’: de vernietiging. Ze vergroot dus uit wat overal al gaande is, maar dit keer heeft zij de macht, ze beslist zelf wat er met haar lichaam gebeurt.

Hetzelfde geldt volgens Laurie Penny voor anorexia patiënten – ook zij vernietigen hun lichaam en ook bij hen is dat een uiting van verzet. De gangbare verklaring wil nog altijd dat meisjes met anorexia graag mooi en dun willen zijn, beïnvloed als ze zijn door beelden van superslanke modellen en beroemdheden. Nee, zegt Penny, meisjes met anorexia (ze was er zelf een) willen de regie over hun lichaam terug. Ze weigeren nog langer een lustobject te zijn, een optelsom van gefetisjeerde lichaamsdelen.

Eerder al schreef de Engelse psychoanalyticus Susie Orbach hetzelfde in Fat as a feminist issue over zwaarlijvigen: vetzucht is niets meer dan een vorm van protest tegen de allesoverheersende schoonheidsindustrie.

Want het is zo langzamerhand wel genoeg geweest. Nee! Dat is volgens Laurie Penny het enige gepaste antwoord op de huidige beeldcultuur, op het kapitalisme dat overal een product van maakt. ‘No, we will not serve.’ Nee, spelen het spel niet meer mee. We laten ons niet langer gebruiken, we verzetten ons tegen al die klinische definities van seks en vrouwelijkheid. We eisen ons lichaam terug. Inclusief het zweet en het vet, de pijn en het plezier.

‘No, we will not be beautiful; we will not be good. Most of all we refuse to be beautiful and good.’ Dat is wat vrouwen wereldwijd uit moeten gaan schreeuwen, aldus Laurie Penny.

Sasha Grey loopt in ieder geval alvast voorop.

Toen haar tijdens een interview eens werd gevraagd wat haar ultieme doel was, antwoordde ze: ‘The destruction of society.’

Het is een agressief en radicaal antwoord op een agressieve en radicale cultuur die vrouwen van hun lichaam en seksualiteit berooft. Saha Grey, Laurie Penny en Charlotte Roche, ze laten zien dat een vrouw meer is dan een optelsom van verknipte lichaamsdelen met een huid van plastic eromheen. Meer dan ‘tits’ – ze heeft ook ‘kinks’. Ja, ze kan ook uitermate lelijk en onaangenaam zijn.

In het buitenland voeren jonge feministes hun strijd met verve, alle aangepaste gematigdheid gaat er overboord. Nu Nederland nog. Enerverend, krachtig en uitdagend, zo zou het debat ook hier moeten zijn!

Dit artikel verscheen zaterdag 29 oktober 2011 in NRC Handelsblad