De wereld als pretpark

Authenticized1

De wereld als pretpark, het wordt ook wel de disneyficering van de samenleving genoemd. Alleen voldoen Mickey Mouse oren en prinsessenjurken tegenwoordig niet meer. Waar mensen naar verlangen is authenticiteit. Echte personen en echte gevoelens. Iets van waarde in een wereld waarin alles onecht voelt, ja, gedisneyficeerd lijkt. Het is tijd voor een andersoortig pretpark.

En daarom is er nu iets nieuws. Voor wie even wil ontsnappen aan zijn hectische bestaan biedt het Emoya Luxury Hotel & Spa, in de buurt van Bloemfontijn in Zuid-Afrika, een uitweg. Hier kun je voor 82 dollar per nacht verblijven in een nagebouwde sloppenwijk.

Het is een logisch vervolg op de tours door echte sloppenwijken die al langer mogelijk zijn. In Mumbai en Rio de Janeiro worden geïnteresseerden in geblindeerd busjes door de donkerste steegjes gevoerd, langs de rafelranden van het bestaan. In steden zonder sloppenwijken kun je altijd nog een zwerver-tour doen – twee maanden geleden voerde Barcelona er een in. Bekijk de stad door de ogen van een dakloze! Scharrel wat rond in de buitenwijken (in de meeste stadscentra mogen daklozen niet komen). Dineer in een opvanghuis. Vlij je neer op een bankje.

Voor de echte thrill-seekers is er altijd nog het bedrijf Extreme Kidnapping. Tegen betaling van 1500 dollar wordt je ontvoerd, inclusief een behandeling met elektrische schokken en waterboarding. Eventueel is er de mogelijkheid om de kidnappers een groep knappe vrouwen te laten zijn. Alles om het gevoel te krijgen dat je leeft.

In het Emoya Luxury Hotel & Spa verblijf je in een hutje van drie bij drie gemaakt van sloophout (bekend van de populaire kasten en tafels) en golfplaten. De wc is buiten en voor de deur brandt een vuur. Wereldwijd leven bijna een miljard mensen zo, alleen doen zij het voor minder dan een dollar per dag. Maar deze hutjes hebben dan ook vloerverwarming en wi-fi. En de golfplaten zijn in vrolijke kleurtjes geschilderd. ‘Kindvriendelijk’ heet dat.

Armoede als inspiratiebron. Armoede om je zinnen te verzetten. Even terug naar de basis, even terug naar jezelf. Op televisie is het al langer een succes. Een programma als Groeten uit de Rimboe teerde op hetzelfde sentiment. Daarin verbleven de deelnemers bij een exotische stam in Afrika en leerden zo wat afzien was.

Die exotische stam was net als bij de deelnemers uit Saudi-Arabië en Zuid-Korea (het format van Groeten uit de rimboe slaat wereldwijd aan) meestal de Himba uit Noord-Namibië. Een echt natuurvolk waar de stamleden nog halfnaakt rondlopen, zich behangen met kralen en hun huid insmeren met rode oker. Samen met de Masai zijn ze het boegbeeld van inheems Afrika.

Maar net als bij de Masai, die onlangs verklaarden hun naam te willen patenteren zodat Louis Vuitton geen Masai-handdoeken meer kan produceren, rukt ook bij de Himba de moderniteit op. De geneugten van stromend water, televisie en smartphones zijn ook daar doorgedrongen. Jongeren gaan uit in de stad, drinken er bier en dansen op Lady Gaga. In hun vrije tijd dragen ze voetbalshirts van Barcelona. Het is het natuurlijke verloop van elke cultuur. Het oude verdwijnt en het nieuwe dringt zich op. De wereld wordt almaar platter, dat is de prijs van vooruitgang.

Dit tot grote onvrede van de toeristenindustrie. Mensen komen tenslotte niet naar Afrika om moderniteit te zien. En dus heeft de Namibische overheid een plan bedacht. In de documentaire Authenticized (binnenkort te zien in EYE Amsterdam) legt een ambtenaar uit hoe ze momenteel een echt Himba-dorp aan het bouwen zijn. Als in een levend museum zal daar een familie worden tentoongesteld. Elke week komt er een nieuwe familie, zeven dagen lang spelen ze hun rol. Trekken hun kleren uit, smeren hun huid in met oker en hangen kralen om. Op verzoek leveren ze ook een traditionele trouwerij of de besnijdenis van een baby. Het is de enige manier om de cultuur te behouden. Door de Himba een hoofdrol te geven in hun eigen reality-show.

Je zou het kunnen vergelijken met het dorp dat werd gebouwd voor het tv-programma Welkom bij de Kamara’s. Alleen speelden hierin geen Afrikanen de rol van nobele wilden, maar Nederlandse acteurs. Veel van hun ‘gebruiken’ waren echter hetzelfde.

Volgens tv-recensenten was Welkom bij de Kamara’s een dieptepunt van nihilistische ironie. Maar veel echter wordt het niet. De Kamara’s maakten inzichtelijk hoe het spel wordt gespeeld. Dat authenticiteit slechts een product is dat verhandeld wordt op de markt van vraag en aanbod.

De enige die vooralsnog met die handel lijkt te zitten is de hypergemoderniseerde en gemedialiseerde, westerse mens. Voortdurend ingeplugd via zijn smartphone, gebruik makend van alle vooruitgang, zoekt hij vooral naar ontsnapping. Ontsnapping uit een wereld waarin alles vooruitgaat en verandert. Omdat verandering in feite niets anders is dan een constante staat van verlies.

Degenen die zo hartstochtelijk zoeken naar authenticiteit hebben het gevoel dat ze in alle technologische en materialistische weldaad iets verloren zijn. Iets echts en iets wezenlijks. En juist dat heeft ze tot ideale consument gemaakt. Omdat ze zijn gaan geloven dat je dat ‘iets’ kunt kopen. Via een overnachting in een sloppenwijk. Of een reis naar de Himba. Alsof er in armoede en stilstand een verheffende schoonheid te vinden is. Het is het verlangen naar authenticiteit dat van de wereld een almaar uitdijend pretpark maakt.